Atos heeft vanaf 2007 in opdracht van Diplomatic Card software voor een tankcard ontwikkeld. Die software bestond uit enerzijds standaardsoftware en anderzijds op maat gemaakte software. Het doel was om die card te laten gebruiken door diplomaten en medewerkers van internationale instellingen, altijd een aantrekkelijke doelgroep. Diplomatic Card heeft een aantal initiatiefrijke werknemers in dienst. Die werknemers vertrekken bij Diplomatic Card en richten Forax op. En Forax gaat verder met de card en geeft aan een andere softwareontwikkelaar opdracht om die software (verder) te ontwikkelen. Diplomatic Card (dat de auteursrechten en dergelijke op de software van Atos heeft overgenomen) kan de kaart die in haar opdracht is ontwikkeld niet meer gebruiken. Haar opdrachtgever Shell wil namelijk niet meer verder met Diplomatic Card. Forax kan echter wel verder met Shell… Een typisch geval van een braindrain. De kip met gouden eieren, know how, verdwijnt… Dat wordt hier met juridische middelen bestreden: Diplomatic Card eist in juli 2012 bij de rechtbank dat Forax de onrechtmatig geachte concurrentie onmiddellijk staakt: men maakt gebruik van de know how die bij Diplomatic Card is verworven, zo luidt de stelling. En daarnaast wil Diplomatic Card ook dat Forax en de vertrokken werknemers de inbreuk op haar auteursrecht op de software onmiddellijk staken. Diplomatic Card verliest echter bij de rechtbank en het hof. Het geschil eindigt bij de Hoge Raad, die op 19 januari 2018 beslist.
Kern van de juridische strijd over het auteursrecht, die bij de Hoge Raad eindigt, is wanneer software auteursrechtelijk beschermd wordt. De EU Software richtlijn (richtlijn 2009/24/EG) geeft bescherming aan computerprogramma’s. Echter, voorbereidend ontwerpmateriaal is slechts beschermd als dit zodanig ontwikkeld is dat het later tot een beschermd softwareprogramma kan leiden. De Hoge Raad bevestigt de beslissing van het hof dat de software van Diplomatic Card nog niet zodanig was gevorderd dat dit tot een reproductie van het computerprogramma of het programma zelf kon leiden. Er viel immers niet te zeggen in hoeverre de functionele specificaties een concrete oplossing konden bieden voor de programmeervraagstukken. Volgens Diplomatic Card behelsde de omzetting van haar software naar het programma van Forax slechts een hééél klein stapje. Maar zij slaagde er niet in de diverse rechters daarvan te overtuigen.
Uit de rechtspraak van het Hof van Justitie EU volgt inderdaad dat zeker niet alle producten uit een ontwikkelingsproces van een computerprogramma zonder meer auteursrechtelijk beschermd zijn. De Software richtlijn wil voorkomen dat ideeën gemonopoliseerd worden ten koste van de technische vooruitgang en industriële ontwikkeling.
Wat betreft de onrechtmatige concurrentie: de rechters konden niet vaststellen dat Forax en de vertrokken werknemers op een manier die onrechtmatig is jegens Diplomatic Card c.s. geheime know how van Diplomatic Card hadden verworven of gebruikt.
Jammer voor Diplomatic Card, maar de les uit dit soort know how-zaken, waarin werknemers en anderen er met de kip met gouden eieren vandoor gaan, is dat men sluitende contracten met alle medewerkers en andere know how-bezitters moet sluiten. Anders loopt de kip met gouden eieren zo de deur uit!