Het lijkt steeds vaker voor te komen (we worden ouder en vaak ook wel rijker, en lijden ook steeds vaker aan dementie…) dat de geldigheid van een testament bij de rechter wordt aangevochten. Als de erflater bij het opmaken van zijn testament zodanig in zijn geestvermogens is gestoord dat hij wilsonbekwaam is, dan kan bijvoorbeeld de onterfde erfgenaam zich daarop beroepen. Echter, een Nederlands testament is opgesteld door een notaris. Die heeft toch zeker kunnen controleren of de persoon die tegenover hem zat begreep wat hij aan het doen was? Dat is maar de vraag.
Bijvoorbeeld de rechtbank Noord-Nederland besliste op 22 mei 2019 dat een testament, uiteraard opgemaakt door een notaris, nietig is omdat de erflaatster ten tijde van het opmaken van haar laatste wil aan progressieve dementie leed. Die stoornis belette een redelijke waardering van de bij het testament betrokken belangen. De erflater was dus wilsonbekwaam. De notaris, aldus de rechtbank, heeft kennelijk geen twijfel gehad over de geestesgesteldheid van de erflaatster, maar hij is geen medisch deskundige. Een sterk medisch dossier is, kortom, een eerste vereiste om te proberen een testament achteraf te laten vernietigen.
Erflater nog in leven. Testament toch nietig?
Een praktische insteek had de bewindvoerder over de goederen van een oude man, 96 jaar en sinds 2016 onder bewind staand. Na de onderbewindstelling in 2016 verscheen de oude man bij een notaris die zijn testament met spoed passeerde. Een onafhankelijke arts, lid van het VIA-register, verklaarde na een onderzoek van deze man dat die in 2016 niet in staat was geweest om zelfstandig naar behoren een testament te maken. De bewindvoerder verdacht een oud-buurvrouw ervan de oude man tot een voor haar gunstig testament te hebben gebracht. De bewindvoerder verzocht de rechtbank – in een verzoekschriftprocedure – voor recht te verklaren dat de oude man in of rond april wilsonbekwaam was en dat het toen opgemaakte testament nietig is. Los van de keuze voor een verkeerde procedure – verzoekschrift in plaats van dagvaarding – wees de rechtbank Den Haag het verzoek op 8 augustus 2019 direct af: het testament heeft pas werking vanaf het moment dat de erflater is overleden. Nietigverklaring kan pas aan de orde zijn na het overlijden, niet al bij leven. Jammer, maar dan wordt de procedure over enige tijd vermoedelijk herhaald.
Onder bewind gesteld. Dus wilsonbekwaam?
Dat het in deze situaties niet eenvoudig is blijkt ook uit de uitspraak van de rechtbank Middelburg van 7 maart 2012. Iemand die na een ongeval geestelijk beperkt was en, volgens zeggen, zeer gemakkelijk te beïnvloeden verkocht in 2009 zijn woning voor minder dan de WOZ-waarde. Die koop is toen ongedaan gemaakt en de man is onder bewind gesteld. Eerder, toen hij nog niet onder bewind was gesteld, liet hij testamenten maken. Een ingeschakelde psycholoog – die de erflater nooit had gezien… – verklaart dat de erflater niet in staat was zijn wil te bepalen. De rechtbank vindt dit toch allemaal niet genoeg. Ook iemand die beperkt was of geestelijk gestoord ten tijde van het opmaken van het testament zou op zichzelf nog steeds een geldig testament kunnen maken, namelijk als zijn geestelijke stoornis niet zodanig was dat hij de bij het testament betrokken belangen niet voldoende heeft kunnen waarderen. Er moet een onmiddellijk verband kunnen worden vastgesteld tussen enerzijds de geestelijke stoornis en anderzijds het testament. In hoger beroep wees ook het gerechtshof de eis tot nietigheid af. De Hoge Raad besliste op 13 februari 2015 echter uiteindelijk dat de aangeboden getuigen (de huisarts, de notaris en een ouderengeneeskundige zouden kunnen bevestigen dat de erflater toch wilsonbekwaam was, maar dat bewijsaanbod was verworpen) toch moesten worden gehoord. Of iemand in het verleden wilsonbekwaam was blijft een lastig onderwerp. De Groen & Van Lint Advocaten procedeert geregeld in dit soort zaken.